Thomas Kunst

Compositie in ritme

Bij deze opdracht gaan we een kunstwerk maken die bestaat uit een herhaling van dezelfde vorm. Dit noemen we in de kunst ook wel ritme. De manier waarop je de vormen te opzichte van elkaar plaatst noemen we compositie. Compositie is het beeldaspect waar we deze periode mee werken. Je kunt een statische of dynamische compositie maken. Hieronder wordt uitgelegd wat dat betekent. Ook kun je nadenken over welke kleuren en/of kleurcontrasten passen bij een statische of juist dynamische compositie. Weet je niet meer hoe dat precies zat met kleuren en kleurcontrasten? Kijk dan hier.

De opdracht

Maak een driedimensionaal kunstwerk dat bestaat uit een herhaling van dezelfde vorm. Zorg dat je kunstwerk een duidelijke statische of dynamische compositie heeft en dat de kleuren bij de compositie passen.

Belangrijke begrippen

  • Statische compositie; is een compositie die vast staat en onbeweeglijk is. Dat gebeurt;
  • Als een ordening symmetrisch is
  • Als een ordening centraal is
  • Als de ordeningslijnen evenwijdig lopen aan het kader (de vier zijden van een tekening)
  • Als vormen gelijkmatig verdeeld zijn over het vlak
  • Gelijkmatig gebruik van horizontale/verticale lijnen
  • Gelijkmatig verdelen van vormen over vlak
  • Kleine kleurcontrasten
  • Ontbreken van natuurlijke contrasten (licht/donker contrast)
  • Zachte, onverzadigde kleuren

  • Dynamische compositie; is een compositie die beweeglijk is. Dat gebeurt;
  • Als de ordeningslijnen golven, schuin of diagonaal lopen
  • Als er ritme of herhaling in zit
  • Als vormen ongelijk verdeeld zijn over het vlak
  • Als er diagonalen/schuine of gebogen richtingen in zitten
  • Kleurcontrasten
  • Felle, verzadigde kleuren

Wat moet je doen?

1. Vooronderzoek
Ga op zoek naar een alledaags voorwerp die zeer herkenbaar is in zijn vorm. Maak hier een goede tekening van in je map. Ongeveer 12x 12 cm groot.

2. Voorwerk
Maak van deze tekening een mal uit karton. Dan kan je deze vorm makkelijker vaak maken. ( een mal = is een grafische vorm die voor herhaaldelijk gebruik is bedoeld)

3. Eindopdracht
Maak van deze mal zeker 25 stuks van jouw alledaags voorwerp. Schilder deze met plakkaatverf. Bedenk dat je kleur ook bij je soort compositie moet passen.

Maak dan van jouw alledaagse voorwerpen een compositie ( zie je theorie). Je mag dit op allerlei manieren doen. Staand, hangend, opgestapeld etc. Ga dit vooral uitproberen. Denk hier vooral aan ritme!

4. Reflecteren
Maak 3 foto's van je 3d compositie waar je goed kan zien dat hij statisch of dynamisch is. Schrijf hierbij wat voor compositie je hebt gemaakt en hoe je dit hebt verkregen.

Wat moet je inleveren?

  • Een tekening in je schetsboek van een alledaags voorwerp
  • Een eindwerk
  • Een reflectie met 3 foto's en een geschreven uitleg

Waar wordt je op beoordeeld?

  • Je schetsboek is compleet
  • Je eindwerk heeft een duidelijk statisch of dynamisch karakter
  • Je eindwerk heeft een strakke afwerking
  • Je foto's laten duidelijk de statische of dynamische compositie zien en je kunst goed uitleggen hoe je die compositie verkregen hebt

Inspiratie

Stacks Image 1781
Stacks Image 1787
Stacks Image 1785
Stacks Image 1783
Stacks Image 318