De theorie zal bestaan uit kunstbeschouwing en kunstgeschiedenis. Dus zowel de kennis over kunststromingen als de vaardigheid om kunst te kunnen bekijken en begrijpen is belangrijk. De theorie die je dit jaar krijgt is gelijk vanaf het begin belangrijk voor je examen. Het is dus van belang dat je dit vanaf het begin serieus aanpakt.

In principe behandelen we elke week een kunststroming. Het is de bedoeling dat je je op de les voorbereidt door het hoofdstuk te lezen en er een mindmap van te maken. In de toetsweek krijgt je een toets over een aantal kunststromingen. Het is belangrijk dat je niet alleen dingen uit je hoofd gaat zitten leren, je moet de stof ook kunnen toepassen. Inzicht is hierbij heel belangrijk.

Voor de HAVO leerlingen geldt dat je aan het eind van het jaar examen gaat doen. Dit examen gaat over de stof uit het kunstgeschiedenisboek. Daarnaast maakt het CITO een syllabus. In deze syllabus wordt aangegeven wat het thema is, welke probleemstellingen daarbij horen en welke periodes een accent krijgen voor jouw examenjaar. Het is dus belangrijk om zowel je boek als de syllabus te bestuderen voor het examen. Meer informatie over het examen kun je vinden op Examenblad. Hoe je je het best kunt voorbereiden vind je hier, op deze website.

Als je op het VWO zit dan behandelen we dit jaar de tweede helft van de kunstgeschiedenis op de manier die je gewent bent uit de 4e. De eerste helft van het schooljaar herhalen we de stof uit de 4e. Voor alle stof geldt dat het stof is dat uiteindelijk aanbod kan komen tijdens je examen en de hoeveelheid stof wordt steeds meer dus het is belangrijk om het goed bij te houden.

Op deze website vind je hulpmiddelen om de theorie onder de knie te krijgen.